Mijn goede schrijfvriendin Catharina IIzelenberg is op 1 december overleden. Ik wist dat ze ging overlijden, ze was ziek en uitbehandeld maar ik wist niet dat ze haar eigen boekpresentatie niet zou halen. Dat boek, haar tweede, verscheen op 7 december. Het heet De aanwezige en gaat over het overlijden van haar tienjarig zoontje en de uitgestelde rouw die dat in het gezin met zich meebracht. Omdat ik zelf werkte aan mijn roman Van het hart, waarin een rouwgroep centraal staat, wilde ik mensen bevragen die diepe rouw kenden. Catharina was er een van. Ze liet niet veel los die dag, vond het zichtbaar moeilijk erover te praten. Ze vond ook dat ik niet zoveel aan haar had, maar daar was ik het niet mee eens. De pijn van een kind verliezen lijkt me onzegbaar groot. Ze zei ook dat ik bepaalde dingen niet mocht gebruiken omdat ze die in haar eigen boek wilde gebruiken. We hebben dus tegelijkertijd aan onze boeken over verlies en rouw gewerkt. Ik voelde me altijd al op een bijzondere manier verbonden met Catharina; we leken op elkaar en herkenden veel in elkaar, beiden gevoelig, denkers, beiden de discipline kunnen opbrengen om uren, dagen, weken, jaren aan een boek te werken. Ze was ook helemaal nog niet klaar met schrijven, met leven.
Ze is 72 jaar geworden. Ik heb veel van haar mogen leren en ik vermoed zij op haar beurt ook van mij. Niet voor niets wilde ze dat ik op haar boekpresentatie zou spreken en eventuele interviews geven, samen met haar dochter, richting belangstellende pers. Dat laatste had ze me overigens niet gevraagd, daar kwam ik pas achter toen haar uitgever mij dat verzocht. Hardop zei ik: ‘En bedankt troela, nu moet ik dus twee boeken gaan promoten.’ Maar dat kwam omdat ik de dag dat ik hoorde dat ze gestorven was door mijn rug ging middenin een verhuizing. Ik wilde het eerst niet doen. Ik was verdrietig om haar en mijn rug stond onder hoogspanning. Maar wat later dacht ik eraan hoe hard ze had gewerkt en tot een paar dagen voor haar dood nog had geschreven, herschreven en gecorrigeerd. Ik wilde het toch doen, voor haar. Dan maar wat paracetamol en diclofenac extra in de mik.
De boekpresentatie was in Zwolle in een kerk. Haar kinderen waren er en vrienden en kennissen. De uitgever sprak (die had als een dolle lopen organiseren om alles van de grond te krijgen), haar schoonzoon sprak en ik sprak. Drie vriendinnen van onze schrijfclub lazen stukjes voor uit het boek. Het was een mooie avond, volt trots en tranen. Catharina deed eer aan haar eigen boek, want die avond was zij De aanwezige. Niet in lichaam, wel in geest. Haar eigengereide karakter en haar levenswijsheid spreken door het boek heen. En telkens als ik ernaar kijk, het even oppak, de genietende hoofden zie van haar zoontje op de voorkant en het hare op de achterkant, voel ik hoe ze als schrijver en als mens aanwezig is in mij. En dat geeft me de kracht om dit voor haar te kunnen doen.